Skip to end of metadata
Go to start of metadata

You are viewing an old version of this page. View the current version.

Compare with Current View Page History

« Previous Version 26 Next »

Basics

Je kan als seriebeheerder of informatiebeheerder op diverse manieren een serie aanmaken. De eerste optie bevat het manueel aanmaken van een serie.

  • Ga via de navigatiebalk naar de knop ‘Series toevoegen’

  • Kies de optie ‘Nieuwe serie maken’

  • Vul de gegevens van de serie in en klik daarna op de knop ‘Bewaren’

De serie is aangemaakt en zichtbaar in de conceptenlijst. Deze serie is zichtbaar voor de seriebeheerder en de informatiebeheerder van de desbetreffende organisatie. Volgende acties kunnen uitgevoerd worden op de serie:

  • Seriebeheerder kan de serie doorsturen ter indiening naar de informatiebeheerder

  • Seriebeheerder en informatiebeheerder kunnen gegevens van de serie wijzigen

  • Seriebeheerder en informatiebeheerder kunnen de serie verwijderen​​​​​​​

  • Informatiebeheerder kan de serie indienen bij de bevoegde selectiecommissie

De gegevens invullen

Hieronder worden alle velden voor de manuele aanmaak van een serie overlopen volgens hun volgorde in de applicatie. Afhankelijk van het veld kunnen er restricties zijn op wat er ingevuld kan worden. Per veld is er uitleg over het type, de aard, het doel, best practices en een voorbeeld.

Het type geeft aan welke soort informatie ingevuld moet worden. Gaat het om een tekst, een datum, een getal, …? Is het een vrij tekstveld of is de keuze beperkt?

De aard geeft aan of het metadataveld verplicht is om een serie probleemloos naar de bevoegde commissie te sturen. De verplichte velden staan aangeduid met een klein rood sterretje achter de titel van het veld. Afhankelijk van wat je ingeeft in de velden kan het zijn dat er extra velden verplicht in te vullen zijn. Deze velden zullen dan verschijnen met een rood sterretje.

Indien je niet alle verplichte velden invult en op ‘Bewaren’ klikt, zal je de serie niet kunnen indienen bij de commissie. Dit kan enkel pas als alle verplichte velden zijn ingevuld. Zolang dit niet is gebeurd, zal er op de overzichtspagina van de serie een melding staan dat de serie onvolledig is. Wanneer je vervolgens op bewerken klikt, zal er bovenaan de pagina een lijst staan met alle nog in te vullen velden, nodig om de serie te kunnen indienen. Wanneer de verplichte velden zijn ingevuld, zal je de optie krijgen in de rechter benedenhoek om de serie in te dienen. De serie wordt dan opgestuurd naar de bevoegde commissie ter evaluatie.

Het doel geeft aan wat er van jou als gebruiker verwacht wordt. Hoe moet je het veld invullen om ervoor te zorgen dat de selectiecommissie jouw serie zeker goedkeurd?

De best practices bestaan uit tips en voorbeelden om het veld correct in te vullen.

Ten slotte is er voor elk veld ook een of meerdere voorbeelden die als leidraad kunnen dienen.

Inhoud

Naam

Type van veld: vrij tekstveld

Aard: verplicht

Doel: Je geeft de naam van de serie in

Best practice: Deze waarde moet duidelijk aangeven waarover de serie handelt en moet bijgevolg altijd betekenisvol ingevuld zijn. Aangezien de applicatie deze naam toont in de overzichtslijsten van series hebben alle gebruikers er baat bij dat op basis van de titel meteen ‘high-level’ de inhoud van de serie duidelijk is. Let wel op om de titel niet langer dan nodig te maken. Bondig, maar duidelijk is het doel. In de meeste gevallen wordt hier ook een redactionele vorm verwacht: ‘dossiers inzake…’, documentatie over…', ‘beeldmateriaal van…’.

Gebruik geen afkortingen in de naam maar schrijf deze voluit. Enkel officiële afkortingen uit het Nederlands zijn toegelaten in de naam. (Als referentie gebruikt de selectiecommissie https://woordenlijst.org/  aangevuld met de Van Dale-woordenboeken). Afkortingen als CBS voor College Burgemeester & Schepenen zijn niet toegelaten.

Als er een benaming bestaat die afkomstig is uit de wet- of regelgeving, moet deze hier ingevuld worden. Een serie 'vergunningen met betrekking tot de omgeving'  zal bijvoorbeeld afgekeurd worden aangezien het Decreet betreffende de omgevingsvergunning het duidelijkg over 'omgevingsvergunning heeft. De correct titel voor de serie is dus 'omgevingsvergunningen'. Via een zoekopdracht in de Vlaamse Codex (https://codex.vlaanderen.be/ ) of het Belgisch Staatsblad (https://www.ejustice.just.fgov.be/doc/rech_n.htm ) kan je al veel te weten komen.

Voorbeelden:

  • ​​​​​​​Dossiers inzake milieuvergunningen

  • Inlichtingenfiches van de houders van een rijbewijs

  • Briefwisseling administratie Cultuur

Beschrijving

Type van veld: vrij tekstveld

Aard: verplicht

Doel: Je geeft meer uitleg bij de serie

Best practice: Deze omschrijving heeft als doel om een betere inschatting te maken van de inhoud van de serie. Je geeft info mee die niet thuishoort in de titel, maar die voor andere gebruikers wel handig kan zijn om de context van de serie beter te begrijpen. Maak hier geen volledig boek van, enkele regels om de context te schetsen zouden moeten volstaan. De context kan bijvoorbeeld bestaan uit verwijzing naar de wetgeving waaruit de serie ontstaat, de inhoud van de dossiers, het proces waaruit de dossier ontstaan...​​​​​​​

Afkortingen moet je bij het eerste gebruik in de beschrijving steeds voluit schrijven: noteer de naam voluit en schrijf de afkorting tussen haakjes. Vervolgens mag je de afkorting gebruiken in het vervolg van de beschrijving.

Voorbeeld:

  • Dossiers inzake de besluiten van de algemeen directeur, financieel directeur of hun gedelegeerden: Deze serie omvat de uiteindelijke beslissingen die door de algemeen directeur, de financieel directeur en/of zijn gedelegeerden worden genomen, inclusief de bijlagen waarover het besluit handelt. Artikel 57 van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 voorziet uitdrukkelijk dat het college van burgemeester en schepenen bij reglement de uitoefening van bepaalde bevoegdheden aan de algemeen directeur (respectievelijk financieel directeur) kan toevertrouwen. 

  • Briefwisseling administratie Cultuur: Het gaat om de niet-dossiergebonden briefwisseling van de administratie Cultuur binnen het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur. Deze briefwisseling behandelt allerlei thema's en is inhoudelijk doorgaans niet of minder relevant. Dossiergebonden briefwisseling maakt deel uit van het desbetreffende dossier en is daarin terug te vinden. Wel is het mogelijk dat dubbels van dossiergebonden briefwisseling belanden tussen deze algemene briefwisseling.

Toepassingsgebied en Bewaargever

Deze velden worden automatisch ingevuld door de applicatie op basis van wie er zich heeft ingelogd om de serie aan te maken. Wanneer een werknemer van Stad Leuven zich inlogt en een serie begint aan te maken zal hier onder ‘Toepassingsgebied’ ‘Gemeenten’ verschijnen en onder ‘Bewaargever’ ‘Stad Leuven’.

Archiefvormer

Type van veld: gegevens over de archiefvormer van de serie

Aard: verplicht, maar automatisch ingevuld

Doel: Dit veld is automatisch ingevuld op basis van de organisatie waarvoor jij bent ingelogd. Als je bijvoorbeeld inlogt voor Agentschap Binnenlands Bestuur zal onder archiefvormer de OVO-code van het agentschap ingevuld worden onder 'Identifier' en de naam van het agentschap onder 'Naam'. Indien de archiefvormer afwijkt van de bewaargever, klik je op ‘Wijzigen’. Vervolgens zal het systeem vragen om een bron te kiezen. Momenteel zijn het ‘Organisatieregister’ (gekend als Wegwijs) en ODIS beschikbaar. Selecteer de bron en klik op ‘zoeken’. Vervolgens kan je op een aantal velden zoeken naar de juiste archiefvormer. Voer een zoekactie uit, kies de archiefvormer door deze aan te klikken en klik ten slotte op ‘Toepassen als archiefvormer’.

Best practices: Indien je als lokaal bestuur een serie aanmaakt waarvan de dossiers aangemaakt zijn door het OCMW zal je het Organisatieregister gebruiken om de archiefvormer aan te passen naar het OCMW. Als je als lokaal bestuur een schenking hebt gekregen van een belangrijk persoon kan je de archiefvormer van de series waaruit deze schenking bestaat, wijzigen naar de belangrijke persoon aan de hand van ODIS. Indien de persoon niet gekend is in ODIS neem je contact op met Digitaal Archief Vlaanderen via de Servicedesk.

Organisatieregister https://wegwijs.vlaanderen.be/#/organisations

ODIS https://www.odis.be/hercules/_nl_home.php ​​

Dienstverlening en proces

Dienstverlening

Type van veld: vrij tekstveld voor een categorie uit de Interbestuurlijke Producten- en Dienstencatalogus (IPDC) - Interbestuurlijke Producten- en Dienstencatalogus (IPDC)

Aard: niet verplicht, maar indien er geen procesniveau is aangegeven, is dit veld wel verplicht. De gebruiker moet dus ofwel een dienstverlening ofwel een procesniveau aangeven. Beide mag, maar de gebruiker moet minstens één van de twee invullen.

Doel: Via de knop wijzigen kan je de IPDC doorzoeken op basis van een aantal zoekvelden. Vervolgens kies je een dienstverlening uit de resultatenlijst en pas je deze toe. De identificator, naam, gerelateerd thema en URL worden ingevuld.

Voorbeeld:

  • Registratie poliovaccinatie, product gemeente Knokke-Heist (ID 37532)

  • Toelating voor losse standplaats op een openbare markt, product Stad Aalst(ID 36282)

  • Huwelijk, product van gemeente Aartselaar (ID 36327)

Proces

Type van veld: keuze uit een codelijst

Aard: niet verplicht, maar indien je geen dienstverlening aangeeft, is dit veld wel verplicht. Je moet dus ofwel een dienstverlening ofwel een procesniveau aangeven. Beide mag, maar je moet minstens één van de twee invullen. Bij de keuze van een proces moet je sowieso op het hoogste niveau een proces kiezen. Indien je meer in detail wil gaan, kan er een gedetailleerder proces op een 2e of 3e niveau gekozen worden.

Doel: je maakt zelf een lijst met de procesniveaus van je organisatie. Zie lager bij '5. Codelijsten met processen' hoe je dit doet. Deze lijst kan tot drie niveaus diep gaan (1. – 1.1 – 1.1.1). Wanneer de processen zijn aangemaakt, zal je deze kunnen selecteren bij het aanmaken van een serie.

Best practice: zorg ervoor dat je alle processen van jouw organisatie in kaart hebt gebracht en gecreëerd hebt in de applicatie vooraleer je series begint te importeren. Je kan dit werk ook achteraf doen, maar dan kost het veel tijd om elke serie individueel aan te passen en een proces toe te kennen.

  • Je kan gebruik maken van het systeem taakgebied-taak-handeling die bij de informatiebeheersplannen van de Vlaamse overheid gebruikt werden om de processen in kaart te brengen:

    • Taakgebied: Een taakgebied is een geheel van onderling samenhangende taken. Om het taakgebied te bepalen kan inspiratie gehaald worden uit de beleidsvelden en de kerntakenplannen. Het is vooral van belang dat dit taakgebied stabiel is. Het wordt dus best niet gekoppeld aan organisatiestructuren zoals afdelingen, cellen, … Voorbeelden: welzijnszorg, personeel en organisatie, facilitaire dienstverlening en vastgoed, waterinfrastructuur en zeewezen, leefmilieu, energie.

    • Taak: Een taak is een geheel van onderling samenhangende handelingen die dezelfde doelstellingen hebben. De taken vloeien voort uit de taakgebieden. Voorbeelden: financieel beheer, advisering inzake beleid, personeelsbeheer.

    • Handeling: Een handeling is een geheel van werkzaamheden die door een bestuurlijke entiteit worden uitgevoerd om een bepaalde taak te vervullen en die één of meerdere series opleveren. Voorbeelden: verlenen van advies, controle van de rekening, verstrekken van vergunningen.

  • Voorbeeld:

    • Serie vergaderdossiers van de cultuurraad

      • Beleidswerk en interne huishouding van één organisatieonderdeel van het bestuur

        • Secretariaat

          • Secretarie van vergaderende entiteiten

    • Subsidiedossiers Scheepsbouw​​​​​​​

      • Bedrijfsteun

        • Dossierbehandeling

          • Toekennen van subsidies

Datering

Begindatum

Type van veld: datum in de vorm dd/mm/jjjj

Aard: niet verplicht

Doel: je geeft de begindatum aan waarop de eerste dossiers van de serie aangemaakt zijn

Best practice: Let wel op bij het invullen van dit veld. Bij het gebruik van het E-depot is het namelijk onmogelijk om dossiers toe te voegen waarvan de begindatum buiten de datering van de serie ligt. Een dossier met als begindatum 01/01/2010 kan je in het E-depot dus niet plaatsen onder een serie met begindatum 01/01/2015 of onder een serie met einddatum 01/01/2005.

Voorbeeld: De serie gemeente- en provincieraadsverkiezingen - dossiers inzake de aanstelling van leden van de tel- en stembureaus heeft bijvoorbeeld begindatum 1 januari 1977 omdat de dossiers enkel gaan over verkiezingen die plaatsvonden in de gemeente na de fusie van 1977.

Einddatum

Type van veld: datum in de vorm dd/mm/jjjj

Aard: niet verplicht

Doel: Je geeft de einddatum aan waarop er geen nieuwe dossiers meer gecreeërd zijn die onder de serie vallen

Best practice: Om deze functie te ontgrendelen moet je eerst het vakje ‘Lopende serie’ uitvinken. Vervolgens zal het veld ‘Einddatum’ verschijnen. Het vakje 'lopende serie' staat standaard aangevinkt omdat de meeste series in het serieregister actieve series zijn waarbinnen nog nieuwe dossiers aangemaakt worden.

  • Wanneer een serie zonder einddatum bijvoorbeeld ooit stopt of een opvolgserie krijgt, zal deze serie automatisch een einddatum krijgen. Dit is de dag die door jou als gebruiker wordt gekozen wanneer je bijvoorbeeld een stopactie of een opvolgactie uitvoert.

  • Voorbeeld: de serie dossiers inzake de nationale militie per lichtingsjaar heeft einddatum 31 december 1995 omdat de laatste dienstplichtigen in februari 1995 afzwaaiden en er dus geen nieuwe dossiers aangemaakt werden.

Wettelijke- en administratieve bewaartermijn

Je moet minstens voor één van de twee types bewaartermijn de verplichte metadatavelden invullen. Onder de vraag 'Is er een wettelijke/administratieve bewaartermijn?' moet je dus bij minstens een van beide 'ja' aanvinken. Je kan er ook voor kiezen om zowel een wettelijke- als een administratieve bewaartermijn in te vullen. Indien er zowel een wettelijke- als een administratieve bewaartermijn is, moet de administratieve bewaartermijn langer zijn dan de wettelijke. Bij berekening van de bewaarperiode voor dossiers in het E-depot wordt er rekening gehouden met de langste bewaartermijn. Indien er zowel een wettelijke- als een administratieve bewaartermijn is, worden deze niet opgeteld, maar krijgen de dossiers de langste bewaartermijn = de administratieve.

Wettelijke bewaartermijnen vloeien voort uit wetgeving zoals

  • het Burgerlijk Wetboek (Vb.: rechtsvorderingen artikel 2262)

  • Koninklijk Besluit van 15 juli 2011 plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren

  • De beleids- en beheerscyclus voor lokale besturen

  • Vlaams Personeelsstatuut

  • Bestuursdecreet

  • Decreet houdende de organisatie van kinderopvang van baby's en peuters

  • ...

Administratieve bewaartermijnen zijn de weerspiegeling van de noodzaak om dossiers voor een bepaalde tijd bij te houden zonder dat wetgeving dit voorschrijft:

  • Gedurende 5 jaar is het interessant naar berichten te kunnen terugkijken. Om zo te kunnen terugkijken naar de verschillende interne communicatieberichten er zijn verstuurd

  • Voor een goede opvolging wenst men deze getuigschriften 10 jaar bij te houden

  • De dossiers worden gedurende één legislatuur bewaard

  • Gedurende een periode van 5 jaar (één legislatuur van de Vlaamse regering) worden directieverslagen relatief frequent geconsulteerd

Hieronder volgen enkele voorbeelden om de keuze voor een bepaalde bewaartermijn en de motivering daarbij toe te lichten:

  • Serie Notulen van het college van burgemeester en schepenen heeft een administratieve bewaartermijn van 2 jaar na de bestuursperiode met de motivering 'Gedurende een periode van twee jaar na de legislatuur kan het nuttig zijn om naar deze documenten terug te grijpen voor het opvolgen van de werking van het overlegorgaan'

  • Serie Dossiers inzake het beheer van het budget en de schulden van een cliënt heeft wettelijke bewaartermijn van 10 jaar na afhandeling van het informatieobject met de motivering 'Voor de stukken in de serie waarbij het OCMW administratieve of organisatorische steun verleent aan de cliënt, dient rekening te worden gehouden met de verjaringstermijn van persoonlijke rechtsvorderingen (artikel 2262 bis, Burgerlijk Wetboek)'

  • Serie Inspectieverslagen Elektromechanische Installaties heeft een wettelijke bewaartermijn van 5 jaar na afloop van het informatieobject met de motivering 'Algemeen Reglement op de elektrische installaties: Boek II deel 6 controle van de installaties: Een kopie van dit verslag wordt gedurende ten minste vijf jaar bewaard hetzij door het erkend', daarnaast is er een administratieve bewaartermijn van 10 jaar omdat deze gedurende 10 jaar nuttig zijn bij het uitvoeren van herstellingen.

Bewaartermijn

Type van veld: numeriek

Aard: verplicht indien gekozen voor een wettelijke/administratieve bewaartermijn

Doel:

  • Wettelijke bewaartermijn: je geeft het aantal jaar van bewaring in die de wet voorschrijft voor dossiers van de serie.

  • Administratieve bewaartermijn: Je geeft het aantal jaar van bewaring waarbinnen de dossiers en stukken van de serie nog van administratief nut kunnen zijn.

Best practice:

  • Wettelijke bewaartermijn: controleer altijd in de wet die van toepassing is of je de correcte termijn hebt ingegeven

    • Administratieve bewaartermijn: Toets hier altijd af met de afdeling van de organisatie die de dossiers en stukken van de serie aanmaakt. Vraag hierbij zowel naar het nut van administratieve bewaring als naar de ideale termijn. Bewaar dossiers enkel als er duidelijk administratief nut is en niet onnodig lang.

Eenheid

Type van veld: enkelvoudige keuze uit een codelijst

Aard: verplicht indien gekozen voor een wettelijke bewaartermijn

Doel: Je kiest of de numerieke bewaartermijn van toepassing is op een jaar, een maand of een dag.

Best practice:

  • Wettelijke bewaartermijn: In de meeste gevallen heeft een wettelijke bewaartermijn betrekking op een termijn uitgedrukt in jaar, maar de applicatie geeft ook de mogelijkheid om een bewaartermijn van een aantal maanden of dagen te hebben.

  • Administratieve bewaartermijn: In de meeste gevallen heeft een administratieve bewaartermijn betrekking op een termijn uitgedrukt in jaar, maar de applicatie geeft ook de mogelijkheid om een bewaartermijn van een aantal maanden of dagen te hebben.

Termijnspecificatie

Type van veld: enkelvoudige keuze uit een codelijst

Aard: verplicht

Doel: Je kiest wanneer een dossier als afgesloten wordt beschouwd en de bewaartermijn kan starten

Best practice: Dit veld heeft betrekking op de dossiers die deel uitmaken van de serie. Dit is vooral handig voor gebruikers die het E-depot gebruiken om te weten wanneer ze dossiers in het E-depot moeten importeren. Voor gebruikers die het E-depot niet gebruiken is dit veld zeker ook handig om te weten wanneer de bewaartermijn van dossiers beginnen te lopen.

De volgende keuzemogelijkheden zijn hier voorzien:

Na afhandeling van een gerelateerd informatieobject

  • Wordt toegekend als de bewaartermijn begint te lopen na de afhandeling of afsluiting van een gerelateerd stuk of dossier.

  • Bv. de bewaartermijn van de ambtshalve saneringen begint pas te lopen als het terugvorderingsdossier lastens de saneringsplichtigen is afgesloten.

Na afhandeling van het informatieobject

  • Wordt toegekend als de bewaartermijn begint te lopen na de afhandeling of de afsluiting van een stuk of dossier

    • Bv. personeelsdossiers, stedenbouwkundige dossiers

Na afloop van het informatieobject

  • Wordt toegekend wanneer de bewaartermijn begint te lopen op het moment dat de termijn waarop het stuk of dossier betrekking heeft, is verstreken

    • Bv. meerjarenbegroting, hoofdprogramma’s van de Europese structuurfondsen (ESF, EFRO, INTERREG, …), contracten, overeenkomsten.

Na definitieve versie (al dan niet na goedkeuring) van het informatieobject

  • Wordt toegekend als de bewaartermijn begint te lopen wanneer een stuk of dossier zijn definitieve versie heeft bereikt. Het moment dat het een definitieve versie wordt, kan bepaald worden door een (formele) goedkeuring.

    • Bv. uitgavenbegroting, functiebeschrijving

Na nieuwe versie van het informatieobject

  • Wordt toegekend als de bewaartermijn begint te lopen wanneer er een nieuwe versie wordt opgemaakt.

    • Bv. informatiebeheersplannen

​​​​​​​Na ontvangst van het informatieobject

  • Wordt toegekend als de bewaartermijn begint te lopen als het stuk of dossier wordt ontvangen.

    • Bv. subsidiedossiers

Na opmaak van het informatieobject

  • Wordt toegekend als de bewaartermijn begint te lopen vanaf het moment dat het dossier wordt opgestart of het stuk wordt opgemaakt.

    • Bv. verslagen van teamoverleg

Na publicatie van het informatieobject

  • Wordt toegekend wanneer de bewaartermijn begint te lopen wanneer het stuk of dossier (gedeeltelijk) is gepubliceerd via bijvoorbeeld een website, brochure, tijdschrift, boek, Belgisch Staatsblad, Vlaamse Codex, …

    • Bv. jaarverslagen, opmaakdossiers van regelgeving

Na verzending van het informatieobject

  • Wordt toegekend als de bewaartermijn begint te lopen als het stuk of dossier wordt verzonden.

    • Bv. aangetekende zendingen

Na Geboorte

  • ​​​​​​​Wordt toegekend wanneer de bewaartermijn begint te lopen vanaf de geboorte van de persoon waarover het dossier gaat.

    • Bv. dossiers gerelateerd aan personeelsleden

Na Bestuursperiode

  • ​​​​​​​Wordt toegekend wanneer de bewaartermijn begint te lopen wanneer de bestuursperiode van de overheid het dossier gaat is afgelopen.

    • Bv. beleidsnota's van de gemeenteraad

Motivering

Type van veld: vrij tekstveld

Aard: verplicht

Doel:

Wettelijke bewaartermijn: je geeft hier de motivatie of toelichting bij de opgegeven wettelijke bewaartermijn. Hier wordt altijd de wet- en/of regelgeving gespecifieerd waaruit de bewaartermijn ontstaat.

Administratieve bewaartermijn: Je geeft de motivatie of toelichting bij de opgegeven administratieve bewaartermijn. De redenering die aangeeft waarom er voor die bepaalde administratieve bewaartermijn is gekozen. Als er afgeweken wordt van de wettelijke bewaartermijn dan moet hier duidelijk blijken waarom deze keuze is gemaakt.

Best practice:

Wettelijke bewaartermijn: zoek de officiële titel van de wet. Geef indien nodig ook het artikel en de paragraaf.

Administratieve bewaartermijn: de motivering voor de gekozen bewaartermijn is best bondig, maar duidelijk. Maak in enkele zinnen duidelijk waarom de gekozen bewaartermijn de correcte is.

Voorbeeld:

Wettelijke bewaartermijn: 'Artikel 2262bis §1, eerste lid van het Burgerlijk Wetboek (alle persoonlijke rechtsvorderingen verjaren door verloop van 10 jaar'

Administratieve bewaartermijn: 'Gedurende 2 legislaturen van de Vlaamse Regering worden deze dossiers frequent geraadpleegd. De dossiers dienen als inspiratie voor de opeenvolgende wijzigingen. Daarna kan er een nieuw beleid zijn'

Verduidelijking termijnspecificatie

Type van veld: vrij tekstveld

Aard: niet verplicht

Doel: Je geeft meer info over de gekozen termijnspecificatie.

Best practice: De argumentatie voor de gekozen termijnspecificatie is best bondig, maar duidelijk. Maar in enkele zinnen duidelijk waarom de gekozen specificatie de correcte is. Hoewel dit veld niet verplicht is, kan dit verduidelijking geven aan de bevoegde selectiecommissie.

Voorbeeld: Als de termijnspecificatie “na publicatie van het informatieobject" is dan kan hier verduidelijkt worden waar of hoe (website, monografie, Belgisch Staatsblad, …) deze publicatie gebeurt.

Bestemming

Bestemming

Type van veld: enkelvoudige keuze uit codelijst

Aard: verplicht

Doel: Je geeft hier aan of de dossiers van de serie na afloop van de administratieve en/of wettelijke bewaartermijn bewaard, bewaard na steekproef of vernietigd zullen worden.

Best practice: Indien dossiers duidelijk maatschappelijk-culturele waarde hebben, kies dan voor bewaring. De serie wordt permanent (tot in de eeuwigheid) bewaard.

Bij een groot aantal dossiers kan bewaring na steekproef een interessante keuze zijn indien na steekproef de geselecteerde dossiers nog representatief zijn voor het geheel. Slechts de steekproef van de serie wordt permanent bewaard. De rest wordt vernietigd.

Bij afwezigheid van maatschappelijk-cultureel nut is vernietiging de aangewezen keuze. De dossiers van de serie worden, conform de heersende procedures, op een gecontroleerde manier vernietigd.

Voorbeeld: 'vernietigen'

Motivering

Type van veld: vrij tekstveld

Aard: verplicht

Doel: Je geeft hier de argumentatie voor de keuze van bestemming.

Best practice: Deze motivatie wordt zo goed mogelijk onderbouwd aan de hand van argumenten. Deze moet tijdens de kwaliteitscontrole immers toelaten om na te gaan of het voorstel tot bestemming weloverwogen is. In het geval dat de opgegeven bestemming gebaseerd is op wet- en/of regelgeving, wordt hier gespecifieerd om welke wet- en/of regelgeving het gaat.

Voorbeeld:

Bestemming is vernietigen

  • 'Het gaat om werkdocumenten die geen enkele waarde meer hebben na het verstrijken van de administratieve bewaartermijn.'

  • 'Na afloop van de bewaartermijn heeft dit informatieobject geen enkele juridische of administratieve waarde meer.'

Bestemming is bewaren

  • 'Deze informatieobjecten geven inzicht in het communicatiebeleid dat gedurende een bepaalde periode door de entiteit is gevoerd.'

    • 'Dit informatieobject kan beleidsintenties of beleidsbeslissingen bevatten die ter goedkeuring worden voorgelegd aan de leidend ambtenaar.'

    • 'Omwille van het cultureel-maatschappelijk belang.'

Bewaren na steekproef: verwijs naar steekproefpercentage

  • '50% van de dossiers worden bijgehouden omdat deze een goede representatie zijn van de dossiers. Het percentage is te vinden in het veld steekproefpercentage.'

​​​​​​​Opgelet: Indien je een andere steekproefmethode wilt toepassen, bijvoorbeeld een volledig jaar aan dossiers om de 6 jaar, kies je voor een steekproef van 20% met duidelijk vermelding dat het gaat om een steekproef waarbij een volledig jaar per 6 jaar bewaard wordt.

Steekproefpercentage

Type van veld: vrij tekstveld

Aard: enkel verplicht in te vullen indien er bij bestemming werd gekozen voor ‘Bewaren na steekproef’

Doel: Je geeft hier het steekproefpercentage aan dat toegepast zal worden op de dossiers van de serie in het E-depot.

Best practice: Er wordt een keuze gemaakt tussen 10% en 90%.

Bewaarniveau

Type van veld: vrij tekstveld

Aard: verplicht

Doel: Aanduiding van het bestuursniveau/entiteit, die instaat voor de bewaring van de serie.

Best practice: Er zijn steeds twee mogelijkheden: In de meeste gevallen ligt het bewaarniveau bij de organisatie van de gebruiker zelf. In sommige gevallen ligt het bewaarniveau echter bij een andere organisatie. Het is namelijk mogelijk dat de organisatie van de gebruiker een serie schaduwdossiers (duplicaatdossiers) aanmaakt, maar dat de verantwoordelijkheid voor de bewaring van de dossiers bij een andere instantie ligt. In dat geval moet de instantie die verantwoordelijk is voor de bewaring hier aangegeven worden. Zorg ervoor dat het bewaarniveau is afgestemd met de bewarende organisatie en dat er duidelijke beheersregels worden afgesproken. Verifieer zeker ook of het wel degelijk over dezelfde informatie gaat. Stem de bewaartermijn en bestemming daarnaast af op de afgesproken beheersregels en vermijd dubbele bewaring.

Standaard staat jouw organisatie al aangegeven als verantwoordelijke bewaargever. Je kan ervoor kiezen om deze te wissen of om andere organisaties als bewaarniveau toe te voegen.

Voorbeeld: ‘Agentschap Wegen en Verkeer’ indien alle vergunningsdossiers in de serie betrekking hebben tot inname van gewestwegen en het dus de verantwoordelijkheid is van het agentschap om de dossiers over de gewestwegen te bewaren.

Openbaarheid

Wat is openbaar?

Type van veld: enkelvoudige keuze uit codelijst

Aard: verplicht

Doel: Je geeft hier aan welke elementen van de dossiers en stukken onder de serie openbaar zijn.

Best practice:

  • Wanneer je kiest voor Metadata van de dossiers en metadata en inhoud van de stukken, betekent dit dat de burger toegang mag hebben tot de beschrijvende metadata van de dossiers en de inhoud + metadata van de stukken zal kunnen raadplegen.

  • Wanneer je kiest voor Metadata van de dossiers en metadata van de stukken, betekent dit dat de burger toegang mag hebben tot de beschrijvende metadata van de dossiers en de beschrijvende metadata van de stukken. De raadpleging van de inhoud van de stukken zelf kan geweigerd worden op basis van de motiveringen die gekozen worden.

  • Wanneer je kiest voor Enkel metadata van de dossiers, betekent dit dat de burger enkel toegang mag hebben tot de beschrijvende metadata van de dossiers. De raadpleging van de beschrijvende metadata en inhoud van de stukken zelf kan geweigerd worden op basis van de motiveringen die gekozen worden.

  • Wanneer je kiest voor Niets, betekent dit dat de raadpleging van de beschrijvende metadata van de dossiers en beschrijvende metadata en inhoud van de stukken zelf kan geweigerd worden op basis van de motiveringen die gekozen worden.

Motivering

Type van veld: meervoudige keuze uit codelijst

Aard: verplicht indien gekozen voor Metadata van de dossiers en metadata van de stukken, Enkel metadata van de dossiers of Niets bij het veld ‘Wat is openbaar?’

Doel: Je duidt de uitzonderingsgronden aan waardoor dossiers en/of stukken en hun metadata niet publiek toegankelijk zijn.

Best practice: Indien er meer uitzonderingsgronden van toepassing zijn, moet je ook meerdere uitzonderingsgronden aanduiden. De geselecteerde uitzonderingsgronden moeten natuurlijk wel van toepassing kunnen zijn op de dossiers. Op basis van de aangeduide uitzonderingsgronden berekent de applicatie automatisch hoeveel jaar raadpleging van dossiers/stukken geweigerd kan worden. Het systeem telt de termijnen van de geselecteerde uitzonderingsgronden niet op, maar selecteert de langste.

De uitzonderingsgronden zijn afkomstig uit:

  • ​​​​​​​Art. II. 34 van het Bestuursdecreet

  • Art. II. 35 van het Bestuursdecreet

  • Art. II. 36 van het Bestuursdecreet

  • Art. 3 van het KB van 16 juli 1992 betreffende het verkrijgen van informatie uit de bevolkingsregisters en uit het vreemdelingenregister - Bevolkings- en vreemdelingenregister

  • Art 29. Burgerlijke Wetboek

Voorbeeld: 'Art. II.34, 1° - geheimhoudingsverplichting' (50 jaar); 'Art. II.34, 2° - bescherming van de persoonlijke levenssfeer' (120 jaar)

Vertaling Openbaarheid van oud naar nieuw datamodel (release maart 2024)

Hieronder vind je een vertaling van de oude waarden m.b.t. openbaarheid en hergebruik en hoe deze waarden vertaald werden in de nieuwe metadata.

Oud datamodel

Nieuw datamodel

Openbaarheid dossier

Openbaarheid stuk

Hergebruik

Wat is openbaar?

Hergebruik

Openbaar

Openbaar

Herbruikbaar

1 Metadata van de dossiers en metadata en inhoud van de stukken

Actief herbruikbaar

Bekendgemaakt

Bekendgemaakt

Openbaar

Openbaar

Niet herbruikbaar

In principe herbruikbaar

Bekendgemaakt

Bekendgemaakt

/

/

/

2 Metadata van de dossiers en metadata van de stukken

In principe herbruikbaar

Openbaar

In principe openbaar

 

Niet herbruikbaar

3 Enkel metadata van de dossiers

In principe herbruikbaar

Bekendgemaakt

In principe openbaar

In principe openbaar

Niet herbruikbaar

4 Niets

In principe herbruikbaar

image-20240514-133003.pngimage-20240514-133121.png

image-20240514-133238.pngimage-20240514-133311.png

Hergebruik

Regime

Type van veld: enkelvoudige keuze uit codelijst

Aard: verplicht

Doel: Je duidt aan of de inhoud van de dossiers uit de serie herbruikbaar is of niet.

Best practice: Het informatieobject is al dan niet geschikt voor hergebruik. De voorwaarden zijn bepaald in het in 2015 gewijzigde decreet van 27 april 2007 betreffende het hergebruik van overheidsinformatie. Dit decreet is een omzetting van een nieuwe Europese richtlijn. Alle bestuursdocumenten van bestuursinstanties (en dus alle departementen en agentschappen van de Vlaamse overheid) zijn in principe herbruikbaar. Dat betekent dat een burger een aanvraag tot hergebruik kan richten aan die instantie, die dit in principe niet kan weigeren. Wanneer bestuursdocumenten van openbaarmaking uitgesloten zijn op basis van de uitzonderingsgronden van het Openbaarheidsdecreet, zijn ze niet herbruikbaar. In elk geval moet hierin een afweging gemaakt worden die eerder openbaarmaking (en hergebruik) bevoordeelt dan de weigering daartoe.

  • Indien de informatie herbruikt mag worden, kies je voor Actief herbruikbaar. Indien de informatie normaal gezien herbruikbaar moet zijn, maar er een uitzonderingsgrond van toepassing is, kies je voor In principe herbruikbaar.

  • Indien je onder 'Wat is openbaar?' voor een van de volgende regimes koos:

    • Metadata van de dossiers en metadata van de stukken,

    • Enkel metadata van de dossiers

    • Niets

      • In dat geval is het regime voor hergebruik automatisch 'In principe herbruikbaar en kan je dit niet wijzigen.

  • Indien je onder ‘Wat is openbaar?’ koos voor ‘Metadata van de dossiers en metadata en inhoud van de stukken' is het regime voor hergebruik automatisch ‘Actief herbruikbaar’ met de licentie ‘Modellicentie voor gratis hergebruik’, maar je kan dit wel nog wijzigen naar 'In principe herbruikbaar’.

Voorbeeld: ‘In principe herbruikbaar’

Motivering

Type van veld: meervoudige keuze uit codelijst

Aard: enkel verplicht indien er in het veld ‘Hergebruik’ is gekozen regime voor ‘In principe herbruikbaar’

Doel: Je duidt de uitzonderingsgronden aan waardoor informatie uit dossiers van een serie niet herbruikbaar is.

Best practice: Indien er meer uitzonderingsgronden van toepassing zijn, moet je ook meerdere uitzonderingsgronden aanduiden. De geselecteerde uitzonderingsgronden moeten natuurlijk wel van toepassing kunnen zijn op de stukken.​​​​​​​

De uitzonderingsgronden zijn afkomstig uit ​​​​​​​Art. II.53 Bestuursdecreet

Voorbeeld: 'Art. II.53, 1° de verstrekking van de bestuursdocumenten is een activiteit die niet valt onder de publieke taak van de betrokken overheidsinstanties, op voorwaarde dat de omvang van de publieke taken transparant is en aan toetsing is onderworpen'; 'Art. II.53, 2° de overheidsinstantie heeft niet de nodige rechten over de bestuursdocumenten om hergebruik toe te staan'​​​​

Licentie

Type van veld: enkelvoudige keuze uit codelijst

Aard: enkel verplicht indien er in het veld ‘Hergebruik’ is gekozen voor regime ‘Actief herbruikbaar’

Doel: Je duidt de licentie aan waar het hergebruik aan onderhevig is.​​​​​​​

  • Creative commons zero verklaring

  • Modellicentie voor gratis hergebruik

  • Modellicentie voor hergebruik tegen vergoeding

​​​​​​​Best practice: https://overheid.vlaanderen.be/informatie-vlaanderen/ontdek-onze-producten-en-diensten/voorwaarden-voor-het-hergebruik-van

Voorbeeld: 'Modellicentie voor hergebruik tegen vergoeding'

Informatieclassificatie

Type van veld: enkelvoudige keuze uit codelijst

Aard: verplicht

Doel: Je geeft hier het classificatieniveau van de serie aan.

Best practice: De classificatieniveaus in de lijst zijn overgenomen van het informatieclassificatiemodel van de Vlaamse overheid, uitgezonderd klasse 5 aangezien het E-depot informatie van deze klasse niet beheert. Je hebt keuze tussen 4 niveaus, maar eigenlijk zijn er twee groepen.

  • De eerste groep bestaat uit informatie van niveau 1 (publiek) en 2 (intern). Dossiers van series met deze niveaus zijn raadpleegbaar door de informatiebeheerder en alle andere medewerkers van de organisatie die toegangsrechten hebben tot het E-depot.

    • ​​​​​​​in het Medewerkersportaal kunnen medewerkers van een organisatie alle dossiers en stukken van series met een van deze niveaus raadplegen.

  • De tweede groep bestaat uit informatie van niveau 3 (vertrouwelijk) en 4 (geheim). Dossiers van series met deze niveaus zijn raadpleegbaar door de informatiebeheerder en door medewerkers die deel uitmaken van een beveiligingsgroep gelinkt aan deze series.

    • ​​​​​​​In het Medewerkersportaal kunnen medewerkers van een organisatie de dossiers en stukken van series met een van deze niveaus raadplegen INDIEN ze deel uitmaken van een beveiligingsgroep gelinkt aan de serie.

    • Via IDM linkt de lokale beheerder van de organisatie mensen aan beveiligingsgroepen. In de applicatie kan de informatiebeheerder deze beveiligingsgroepen linken aan series met niveau 3 en 4. Een medewerker die deel uitmaakt van een beveiligingsgroep x heeft dan toegang tot alle series die gelinkt zijn aan zijn/haar beveiligingsgroep x.

  • De informatieclassificatie heeft dus intern betrekking op wie welke series mag raadplegen.

  • In de presentatie van de opleiding zit een beslissingsboom die kan helpen bij het vinden van het correct niveau.

Voorbeeld: ‘3 – Vertrouwelijk’

Meer infohttps://overheid.vlaanderen.be/informatieclassificatiemodel

Type persoonsgegevens

Type van veld: meervoudige keuze uit codelijst

Aard: niet verplicht

Doel: Je geeft aan welke persoonsgegevens aanwezig zijn in dossiers van de serie.

Best practice: Geef hier alle types van persoonsgegevens die voorkomen in de dossiers. Dit is zeker nuttig met betrekking tot de GDPR om te weten welke series welke types van persoonsgegevens bevatten.

Voorbeeld: 'Identificatiegegevens'; 'Woningkenmerken'; 'Rijksregisternummer / identificatienummer van de sociale zekerheid'

Niet opnemen in Mijn Burgerprofiel

Type van veld: aanvink-vakje

Aard: niet verplicht

Doel: Je geeft aan of dossiers van deze serie die een persoonsidentificatienummer bevatten raadpleegbaar zijn via Mijn Burgerprofiel of niet.

Best practice: Indien je in het E-depot dossiers van de serie oplaadt die een rijksregisternummer (RRN) of BIS-nummer bevatten, dan worden deze opgenomen in Mijn Burgerprofiel indien het aanvink-vakje niet is aangevinkt. Concreet betekent dit dat wanneer je je inlogt op Mijn Burgerprofiel, je in de toekomst de dossiers uit het E-depot zal kunnen raadplegen waar je RRN of BIS-nummer aan gekoppeld is. Indien jouw organisatie een serie aanmaakt waarvan er in de toekomst mogelijk dossiers met een gekoppeld RRN of BIS-nummer in het E-depot zullen verschijnen, dan kan het aangeraden zijn om dit vakje wel aan te vinken. Indien je dit doet, worden de dossiers niet opgenomen in Mijn Burgerprofiel ondanks dat ze een RRN of BIS-nummer bevatten.

  • Wil je dat de dossiers niet opgenomen worden, vink het vakje aan.

  • Wil je dat de dossiers wel opgenomen worden, laat het vakje dan leeg.

Voorbeeld: aanvinken indien het om tuchtdossiers gaat, je wilt immers niet dat deze kunnen doorstromen naar het Burgerprofiel.

Trefwoorden

Type van veld: vrij tekstveld

Aard: niet verplicht

Doel: Je vult trefwoorden in die van toepassing zijn op de serie.

Best practice: Geef een aantal woorden in die de serie optimaal omschrijven en waarvan verwacht wordt dat gebruikers deze woorden zullen ingeven om de serie te zoeken in de applicatie of in de portalen.

Let op! Wanneer je meerdere woorden samen als een trefwoord opslaat, zal dit ook een zoekterm worden.

  • vergunning inname openbare weg’ in één veld van zal de applicatie als één trefwoord zien: ‘vergunning inname openbare weg’. Als je dan zoekt op 'vergunning' zal je geen resultaat krijgen.

  • ‘vergunning’, ‘inname’, ‘openbare weg’ telkens apart ingeven, zal de applicatie als drie trefwoorden zien: ‘vergunning’, ‘inname’ en ‘openbare weg’. Als je dan zoekt op 'vergunning' zal je wel resultaat krijgen.

Opmerkingen

Type van veld: vrij tekstveld

Aard: niet verplicht

Doel: Je geeft extra opmerkingen/uitleg/context/informatie die niet thuishoort of overbodig zou zijn in een van de andere velden, maar die de gebruiker graag wil toevoegen aan de serie.

Best practice: Schrijf hier geen volledig boek. Voeg alleen opmerkingen toe als ze een meerwaarde bieden voor wie de serie raadpleegt.

Voorbeeld: 'dossiers met betrekking tot betogingen maken geen deel uit van deze serie'

Extensies

Onder het tabblad 'extensies' van een serie kan je de extensies koppelen aan de serie. Dit zijn metadata die geen deel uitmaken van het kerndatamodel van een dossier of stuk in het E-depot. Het kan zijn dat het voor bepaalde dossiers of stukken noodzakelijke is om extra metadata te registreren. Voor een serie omgevingsdossiers kan het bijvoorbeeld nuttig zijn om een extensie 'adres' toe te voegen waarin per dossier metadatavelden zoals straat, gemeente, herkomst, huisnummer, busnummer, postcode... kan invullen. Op serieniveau ga je onder het tabblad 'extensies' van de serie extensies koppelen aan de serie die je dan in het E-depot kan invullen voor elk dossier dat onder die serie aangemaakt wordt.

Net zoals beveiligingsgroepen moet het koppelen van extensies aan de serie niet gebeuren bij de aanmaak van de serie. Wanneer jouw serie goedgekeurd is door de selectiecommissie kan je nog altijd extensies koppelen aan de serie zonder dat deze hierdoor opnieuw langs de selectiecommissie moet passeren voor goedkeuren. Wanneer je (nog) geen gebruik maakt van het E-depot is het gebruik van extensies nog niet relevant dus kan je dit overslaan.

Een extensie bestaat uit een of meerdere attributen waarvan het type is vastgelegd. Het type geeft aan of het om een vrije tekst gaat, een nummeriek veld, een aanvink-vakje of een lijst. Per extensie kan je kiezen of deze bij de metadata van het dossier wordt toegevoegd of bij die van elk stuk binnen een dossier.

Stappenplan:

  • Ga naar de lijst ‘Gepubliceerd’ of 'Invoer' in de navigatiebalk.

  • Kies of zoek naar een serie in de lijst waaraan je een extensie wenst toe te voegen.

  • Open de gewenste serie door erop te klikken.

  • Boven de details van de serie staan enkele tabs waaronder 'Extensies'.

  • Klik op de tab 'Extensies'.

  • Er verschijnt een melding dat er op dit moment geen extensies gekoppeld zijn aan de serie.

  • Kies onderaan de actie 'Bewerken'.

  • Zoek de gewenste extensies en vink het veld 'Actief' aan.

  • Kies of deze op dossier- en/of stukniveau moet worden ingevuld

  • Klik vervolgens op 'Bewaren'.

Wanneer je vervolgens in het E-depot een dossier aanmaakt kan je dan de metadatavelden van de geactiveerde extensies invullen voor de dossiers en/of de stukken.

Relaties

Onder het tabblad 'relaties' heb je de mogelijkheid om relaties te leggen met een eigen gepubliceerde serie in het Serieregister. Sommige relaties worden automatisch aangemaakt door het systeem. Enerzijds als je een sjabloonserie als template gebruikt om een nieuwe serie aan te maken. In dat geval ontstaat er een 'afgeleid van'-relatie tussen jouw nieuwe serie en de sjabloonserie. Anderzijds als je een serie opvolgt. In dat geval ontstaat er een 'opvolg'-relatie tussen de originele serie en de nieuwe serie. Daarnaast kan je manueel relaties leggen door onderaan rechts op 'Maak een relatie aan' te klikken.

Vervolgens moet je twee zaken aangeven:

  • De soort relatie

    • Geassocieerd: Als de serie een duidelijke link heeft met een andere serie, bv. de serie facturen met de serie overheidsopdrachten. Het kan hier echter nooit gaan om een hiërarchische relatie. 

    • Vervat in: Als de serie onder een overkoepelde serie valt, wordt deze overkoepelende serie hier aangegeven.

    • Bevat: Als de serie een aantal onderliggende series heeft die verschillende beheersregels kennen, dan worden deze hier aangegeven.

  • De serie waarmee de relatie wordt gelegd

    • Hier moet je uit een lijst de serie selecteren waarmee het gekozen relatietype wordt gelegd. In deze lijst staan gepubliceerde series van de eigen organisatie. Je kan dus geen relatie leggen tussen twee serie die in concept staan aangezien de drop down-lijst enkel uit gepubliceerde serie bestaat.

Op alle series die in dit tabblad vermeld staan, kan doorgeklikt worden zodat je de details van de gerelateerde series kan bekijken.

Beveiligingsgroepen

Onder het tabblad 'beveiligingsgroepen' van een serie kan je de serie koppelen aan beveiligingsgroepen die je hebt aangemaakt. Het koppelen van beveiligingsgroepen aan een serie is mogelijk bij een serie die informatieclassificatieniveau 3 of 4 heeft. Series die informatieclassificatieniveau 1 of 2 hebben, moeten eerst aangepast worden (door een review te starten) naar niveau 3 of 4 vooraleer je beveiligingsgroepen kunt koppelen.

Beveiligingsgroepen koppelen aan jouw serie moet niet gebeuren bij de aanmaak van de serie. Wanneer jouw serie goedgekeurd is door de selectiecommissie kan je nog altijd beveiligingsgroepen koppelen aan jouw serie zonder dat deze hierdoor opnieuw langs de commissie moet passeren voor goedkeuren. Wanneer je (nog) geen gebruik maakt van het E-depot is het gebruik van beveiligingsgroepen nog niet relevant dus kan je dit overslaan.

Om de beveiligingsgroepen aan te passen ga je naar de detailpagina van een serie. Bovenaan kan je op de tab 'Beveiligingsgroepen' klikken. Het systeem toont de al toegekende groepen. Bij series met informatieclassificatieniveau 1 of 2 zullen de beveiligingsgroepen "Informatiebeheerder" en "publiek/intern" getoond worden. Enerzijds wijst de groep informatiebeheerder erop dat iemand met de rol 'informatiebeheerder' in het E-depot altijd toegang heeft tot alle dossiers en stukken van alle series. Anderzijds wijst de groep 'publiek/intern' erop dat iedere collega die toegangsrechten heeft tot het E-depot ook toegang heeft tot de dossiers en stukken van deze serie. Je zal ook zien dat je geen optie hebt om de beveiligingsgroepen te wijzigen.

Bij series met informatieclassificatieniveau 3 of 4 kan je onderaan op de knop 'Bewerken' klikken. de beveiligingsgroep 'Informatiebeheerder' zal standaard toegewezen zijn. Daarnaast kan je onderaan klikken op 'Bewerken' om beveiligingsgroepen toe te voegen. Er zal een drop down-lijst verschijnen met daarin alle beveiligingsgroepen die je hebt aangemaakt. Je kan een of meerdere beveiligingsgroepen selecteren. Na het selecteren van de beveiligingsgroep(en) klik je onderaan op 'Bewaren' waarna je terugkeert naar de overzichtspagina van de beveiligingsgroepen die nu gekoppeld zijn aan de serie.

Work around oplossing codelijsten voor lokale besturen

Lokale besturen die nog geen processen in kaart hebben gebracht, hebben de mogelijkheid om de processen uit de algemene selectielijst voor gemeenten te laten importeren in het Serieregister. Het Excel-bestand vind je terug in de dienstruimte van het Serieregister.

  1. Download het bestand

  2. Bewerk de lijst indien nodig

  3. Lever het bestand terug aan Digitaal Archief Vlaanderen via een ticket in de Servicedesk

  4. De processen worden eerst geïmporteerd in de testomgeving van het Serieregister

  5. Na validatie door jou, de klant, worden de processen ook geïmporteerd in de productieomgeving van het Serieregister

  • No labels